Wat is mortel?

Mortel is een homogene mix van zand, water en een anorganisch conglomeraat (kalk, gips of cement).

Dit conglomeraat varieert waardoor mortels opgedeeld kunnen worden volgens hun samenstelling. We zullen hier later dieper op ingaan.

Samenstelling van mortel

Mortel wordt doorgaans samengesteld op basis van drie elementen. Het is echter belangrijk om te benadrukken dat er hulpstoffen toegevoegd kunnen worden, die bijzondere kenmerken aan de mortel geven en het aantal mortelsoorten dus uitbreidt.

Hieronder zullen we essentiële informatie geven over elk bestanddeel:

Conglomeraat

Dit is het belangrijkste bestanddeel, aangezien het de verbinding van zand en water tot stand brengt, waardoor een homogene en stabiele materie ontstaat.

Gewoonlijk bestaat de structuur uit zeer fijne deeltjes zoals poeder, of heeft het een pasteuze consistentie.

Het meest gebruikte bindmiddel is cement, gevolgd door kalk en gips. Elk van deze bestanddelen produceert, na reactie met water (hydratatie), een mortelmengsel in plastische toestand.

Het mengsel zal vervolgens verharden, omdat de massa vast komt te zitten in de tussenliggende ruimtes van het zand.

Statistisch gezien is de hoeveelheid conglomeraat recht evenredig met de krimping van de mortel.

Zand

In tegenstelling tot het vorige bestanddeel is zand het bestanddeel met het hoogste aandeel in het mengsel: 40% tot 80%.

Zand is een mineraal en een korrelige materie, die van nature uit uit kalk of silicagesteente bestaat en waarvan de maximale korrelgrootte niet meer dan 4 mm mag bedragen.

Dit bestanddeel is het fundament van mortel en vormt de basis waarop de hydratatie van het bindmiddel plaatsvindt, aangezien het een inerte materie is die niet in staat is om chemisch te reageren met andere stoffen.

Zand zorgt ervoor dat de mortel minder zal krimpen en draagt bij tot de mechanische sterkte.

Water

Dit element zorgt voor de geschikte chemische omstandigheden voor de hydratatie van het conglomeraat. Daarom is het de belangrijkste factor voor de plasticiteit van de mortel.

De hoeveelheid water in het mengsel varieert naargelang de thermale omstandigheden, het conglomeraat, de hoeveelheid zand en de verwachte consistentie.

Bovendien is deze hoeveelheid omgekeerd evenredig met de mechanische weerstand van de mortel, maar recht evenredig met de krimping en de poreusheid ervan.

Het aanmaakwater moet een minimale pH van 5 hebben en lage concentraties van sulfaat- en chloorionen, koolhydraten en organische stoffen.

Hulpstoffen

De hulpstoffen kunnen organisch of anorganisch van aard zijn. Ze wijzigen de eigenschappen van de plastische toestand van de mortel. Het kan gaan om vloeibare stoffen (emulsies) of poeders.

De meeste van deze stoffen regelen de reologie of wijzigen de uithardingstijd. En hun percentage in het mortelmengsel hangt af van de hoeveelheid cement; van hun gewicht.

Daarnaast zijn er enkele stoffen, toevoegingen genaamd, die de eigenschappen van de uitgeharde toestand van het mengsel beïnvloeden.

Er zijn zelfs pigmenten en vezels die andere aspecten van traditionele mortel wijzigen.

Soorten mortel

De bekendste classificatie van mortels is die op basis van het type conglomeraat.

De belangrijkste soorten mortel zijn de volgende:

Cementmortels

Deze mortels bestaan uit de basisingrediënten zand en water, waarbij het cement als bindmiddel fungeert. Ze worden gekenmerkt door een hoge druksterkte.

De verwerkbaarheid ervan hangt dus af van de hoeveelheid cement en zand. Daarom wordt meestal zand met sporen van slib en klei gebruikt om dit aspect van het mengsel te verbeteren, hoewel dit de weerstand ervan beïnvloedt.

Kalkmortels

Dit is de traditionele mortel, samengesteld uit zand, water en kalk, die aan de lucht of met water kan harden. Luchthardende kalkmortel wordt het meest gebruikt, met witte of grijze kalksteen (dolomietkalk).

Het zand in deze mengsels speelt een heel belangrijke rol, aangezien het barsten door het krimpen van het mengsel tijdens het carbonatatieproces moet tegengaan.

Bastaardmortels

Ze worden zo genoemd, omdat ze bestaan uit een combinatie van 2 conglomeraten. De meest gebruikte combinatie is die waarin kalk met cement gemengd wordt.

Dit is waarschijnlijk de meest efficiënte soort mortel, omdat het een geschikte consistentie voor verwerkbaarheid creëert. Bovendien houdt het goed water vast en heeft het een hoge weerstandswaarde.

De impact van elke eigenschap is echter afhankelijk van de verhoudingen van de bestanddelen.

Toepassingen van mortel

In het algemeen heeft mortel een structurele functie. Het kan worden gebruikt bij de constructie van bouwelementen of bij metselwerk, waarbij het dient als lijm of vulstof.

Daarnaast kan mortel dienen als coating, waarbij het gebruikt wordt als weefsellaag, voegmiddel of pleistermiddel.

Rekening houdend met het bovenstaande hebben we een bijkomende classificatie van mortels opgesteld, ditmaal gebaseerd op het gebruik:

  • Lijmmortels: door de bijzondere omstandigheden van het bouwsysteem waar het deel van uitmaakt, moet het bijzondere eigenschappen bezitten, zoals een aanzienlijke weerstand om spanning te absorberen.
  • Vulmortels: geschikt voor metselwerk, met deze mortels worden bijvoorbeeld holtes in muren gevuld.

Een van de vereisten is dat ze een goede weerstand moeten ontwikkelen, vergelijkbaar met de vorige mortels.

  • Voeg- of pleistermortels: deze mortels vervullen een louter esthetische functie en zorgen voor uniformiteit en egaliteit aan het oppervlak van het betreffende element.

Weerstand is hier bijna van geen belang; de belangrijkste factor is consistentie.

Voel je vrij om onze inhoud te delen

Gebruik deze knoppen om direct te delen in één klik op uw favoriete sociale netwerk.

LinkedIn
WhatsApp
Facebook
Twitter
Email